DE DIJK IN MUIDEN

19 juli 2021 - Muiden, Nederland

‘Is het een mannetje?’ roep ik van een redelijke afstand naar de vrouw of liever gezegd naar de hond die zich plat in het gras drukt. Mijn Bruno wacht niet op het antwoord en aan zijn enthousiaste gedraai rondom de andere hond (ik ben nog steeds heel slecht in rassen) zie ik dat het geen robbertje wordt. Er bungelt ook iets onder de langharige vacht, dus kan ik met een zucht van verlichting vaststellen dat het bravoure gedrag van Bruno mindert.

Verderop is het “strandje”. Werkelijk een zoet echt strandje met zand, spelende kinderen en af en toe een hond. Er staan prullenbakken en er staat het oude fort waar de padvinderij in huisvest. Het ziet er, hoe is het mogelijk in het Gooi, slecht onderhouden en vies uit. Precies goed voor de kinderen die hier nog echt kind kunnen zijn en zonder inmenging van advocaten, gewoon naar huis gestuurd worden omdat ze een ruitje hebben in-gekinkeld. Waarschijnlijk zijn de ouders ook gewoon nog thuis.

Op de loer ligt de “Krijgsman”; het nieuwe Gooi. Een nieuw gebouwde woonwijk met een ongeëvenaarde woonvariant: appartementen, eensgezinswoningen, villa’s en zeer luxe villa’s, grachtjes en al volwassen bomen. De zogenaamde Krijgsmannetjes moeten zich nog invechten bij de Muienaren, hoor ik een hondenvrouw vertellen. Ze kan het weten want ze heeft in allerlei steden gewoond (haar ex was chirurg, hoor ik al snel) en op allerlei hockeyclubs in het bestuur gezeten. ‘Nee, het zijn rare mensen, die Krijgsmannetjes en ze nemen nu al en masse bezit van het strandje!’, fluistert ze me in het oor.

De volgende dag loop ik op met een Mechelse herder. Niet met hem maar het baasje heb ik een leuk gesprek over hoe je leven op een bepaald punt ineens een omslag kan maken en hoe gunstig dat vaak kan uitpakken wanneer je er mee aan de slag gaat. ‘En als je nog eens zin hebt’, besluit ze, kom je eens een kop koffie drinken, ik woon daar op nummer elf. Ze wijst me een Krijgsman-huis aan waar haar nummer elf op de gevel prijkt. Het is warm en ik loop op de terugweg naar het strandje waar Bruno het water in kan. Op twee moeders, een vader en vijf kindertjes na, is er niemand. De prullenbakken worden leeggehaald door een energieke figuur. Onder het schoonmaakkostuum kruipen tatoo;s en hangen dreadlocks.

‘U kunt zeker wel merken dat het vakantie is, met die volle prullenbakken.’ Ik baal nu al van mijn toenaderingspoging en vooral van mijn eigen bekakte stem.

De man screent mijn benen en daarna mijn buik. Ja, echt ik zie het goed. Voor hem ben ik gewoon een vrouw en geen kakkineuze Gooise trut.

‘Ik denk dat ik voortaan twee keer per week ga komen, deze wijk is nieuw voor me.’ Even later sjeest hij me voorbij met zijn karretje vol blauwe volle zakken.

Bomans zei het al: in alles zit een verhaal

Foto’s

3 Reacties

  1. Paul:
    19 juli 2021
    Hoi Annemarie. Je beschrijft precies zoals het is. Maar Muiden blijft toch leuk.
  2. Tineke:
    20 juli 2021
    Haha, je bent aan het "inburgeren"! Zeg maar tegen lief dat wij "er" zijn. Geniet in mooi Muiden.
  3. Marie-Renée Hoeks:
    21 juli 2021
    Hai Annemarie, gezellig in De buurt!
    Wéér een heerlijk verhaal! Hier ook super rustig, wij zijn veel thuis. Zullen we de Bruno’s laten kennismaken? X