WILD WEST

25 september 2022 - Nièvre, Frankrijk

IMG-20220913-WA0003 20220815_135324

Vele lieve vrienden kwamen langs om bij me te zijn en mij te helpen met elektra, schoorsteenpijp en trap installeren. Er werd gemaaid, gezwommen, gegeten en een glas gedronken.

De camper “Liesje” bezorgde me ook een aantal avonturen. En om eerlijk te zijn, die avonturen zijn verslavend.

De zon gaat langzaam onder en er wordt een fiets bij het waterkraantje neergezet. De jongeman vraagt of zijn fiets mij niet hindert. Natuurlijk niet, zeg ik uitnodigend. En zo begint een gesprek. Hij fietst langs het canal de Nivernais en zoekt een plek om te overnachten en een winkeltje. Iets vertelt me dat hij geen vakantiefietser is. Zijn gewone kleding is schoon en hij ziet er verzorgd uit. Ik ken de streek en vertel hem dat het winkeltje nog 20 kilometer fietsen is en dat het morgen ook nog eens zondag is. Hij heeft geen telefoon en dus ook geen internet. Op mijn telefoon google ik behulpzaam de openingstijden. Hij lijkt geen haast te maken. Omdat het snoeiheet is zetten we ons op een stoel in de schaduw. ‘Iets drinken?’, vraag ik. Hij wil graag thee. Het wordt voor beiden een glas rosé dat lekker koud uit mijn camperkoelkastje komt. Hij fietst al 15 jaar. Van noordpool tot Rusland. Heeft nauwelijks school gehad omdat zitten in de schoolbanken niets voor hem was. Zijn trauma, verwekt om huwelijk te redden, achtervolgt hem al zijn leven lang en hij lijkt beter te kunnen aarden op zijn fiets.

Wanneer de avond valt pakt hij zijn fiets en verdwijnt in zijn eigen schaduw. Ik bak een Hollandse spekpannenkoek en schaam mij diep dat ik deze gewoon ontzettend aardige zwerver niet ook een pannenkoek heb aangeboden.

De volgende dag staat hij weer bij het kraantje. Hij zal niet veel verderop zijn tent opgeslagen hebben. Ik vraag er niet naar. Wel serveer ik hem een ontbijt en een gekookt ei. Wanneer hij dan, na nog eens een paar mooie gesprekken en een gedicht uit het hoofd van Baudelaire werkelijk afscheid neemt, is het alsof er een aardsengel vertrekt.

Aan het eind van de dag springt uit een witte bestelauto, een overactieve, grijsgeverfde haardos op een getatoeerd onderstel. De chauffeur van de auto, brengt de man aan boord van het schip “Art de Vivre”. Na wat gelach,een sigaret en geklop op de schouder vertrekt de chauffeur.

Ik stap op de man af en vraag hem of hij de eigenaar van de boot is. ‘ Vanaf morgen’, antwoord hij. Zijn Frans met accent doet mij vragen naar zijn afkomst. ‘Zweden’, zegt hij in slecht Engels ‘en ik spreek vijf talen’, voegt hij er opschepperig aan toe. Wanneer ik voorstel in het Italiaans verder te spreken start hij een conversatie in het Spaans. Al snel merk ik dat hij maar wat raaskalt en ik loop terug naar mijn camper.

‘Do sju have wine? A bottle of wine? I pay for it.’ ik heb geen zin in deze jongen en antwoord dat ik geen wijn heb. Ineens staat hij weer voor mijn camper. Hij wil even praten. Met mijn arm dek ik het glas whisky af. Hij heeft een flesje bier gevonden en slaat nog steeds wartaal uit. Niettemin begrijp ik uit zijn woorden dat hij een chef is en de komende week een belangrijk Amerikaans gezelschap moet cateren. Hij is speciaal ingevlogen en gaat “heel veel verdienen”. Zijn ogen schieten dollartekens en staan daarna weer op oneindig. Ik verzin maar dat ik wil ga slapen om van hem af te zijn. Het is snoeiheet en ik slaap met de camperdeuren open. Bruno, de hond, houdt de wacht. Een vleesmes ligt bij mijn kussen.

De volgende morgen staat hij ineens in mijn camper terwijl ik nog in bed lig. Hij wil koffie! Alsof ik een vijfjarig kind toe spreek gebied ik hem uit de camper te gaan. Na een tweede hush hush stapt hij naar buiten. Toch ben zo vriendelijk de koffie met wat ontbijt-dingen op het schip te zetten waar hij ineens geen oog meer voor heeft. Zijn telefoon is weg, en dat is veel belangrijker! Of ik hem kan bellen, dan kan hij zijn telefoon horen. Hij blijft naast me staan terwijl ik bel. Ik knik dat hij het schip in moet. Hij begrijpt het niet. ‘Was jij gisteren stoned’, vraag ik hem. ‘Ben je dat vandaag ook?’. Hij ontkent. ‘Dan’, zeg ik, ‘is er iets helemaal niet in orde in jouw hoofd’. Hij kijkt me als een glazige aardappel aan. Ik heb nu al medelijden met het belangrijke Amerikaanse gezelschap. We proberen via mijn telefoon met google zijn telefoon te lokaliseren. Hij krijgt het niet voor elkaar.

Even later komt mijn redding: de bestelauto. Ik hoor ze weer lachen in het schip en ineens klinkt er gejuich. De telefoon zal wel gevonden zijn.

Wanneer ik aanstalten maak om met de camper te vertrekken hoor ik vanaf het schip gebiedend ‘Hey, you, come here, now!’. Ik schud mijn hoofd. ‘Did you ever learned the word “please”’, roep ik hem toe. Nu iets vriendelijker insisteert hij. Ik krijg een dankbare hugg.

Later zie ik op mijn telefoon dat hij zijn naam heeft ingetoetst: Robin Halling. Googelend lees ik dat hij heel wat sterren bij elkaar gegarneerd heeft, die waarschijnlijk de komende week allemaal met het rivierwater weggespoeld zullen worden.

20220826_080155 IMG-20220911-WA0011

Foto’s

4 Reacties

  1. Paul:
    26 september 2022
    Hoi Annemarie,weer een mooi verhaal.zo zie je maar sommige mensen zijn met wat zachte dwang best beschaaft.
    Groeten uit een regenachtig muiden.
  2. Tineke:
    26 september 2022
    Geweldig verhaal! Je weet het zo beeldend te verwoorden. Never a dull moment!
  3. Ellen:
    26 september 2022
    En jouw reisverhalen zijn ook verslavend!!
  4. Marijke:
    26 september 2022
    Mooi verhaal